Voorbarig
De laatste twee jaar is de antichrist bijzonder in de belangstelling komen te staan. Velen zien in de huidige ontwikkelingen voorbereidingen op zijn komst. Zijn alleenheerschappij in combinatie met machtsmiddelen als het aanbrengen van een merkteken zouden in die visie nu al worden voorbereid. Waarschuwingen tegen een vergaande automatisering, eenwording op wereldniveau en een drastische reductie van de wereldbevolking worden niet zelden gelinkt aan Openbaring 13. Ik vraag me ernstig af of dit wel terecht is. Zien we daadwerkelijk de contouren van de naderende antichrist? En moeten we ons als christen daar druk om maken? Of nog sterker, ons daartegen verzetten? Volgens mij zijn er inderdaad bedenkelijke ontwikkelingen gaande. Maar hebben die dan ook de potentie een beginnende vervulling van Openbaring te zijn? Ik denk dat dat vooral erg voorbarig is.
Drie scenario’s
Hoe duiden we de ontwikkelingen van vandaag de dag in het licht van Openbaring 13? Er zijn drie mogelijke verklaringen.
1. God is bezig het toneel gereed te maken voor de aanstaande Dag des Heren, en gebruikt daar satan voor.
Satan zet allerlei ontwikkelingen in gang die er uiteindelijk toe zullen leiden dat hij de gehele mensheid in zijn macht heeft – langs de weg van de totale controle. Hij zal een waterdicht systeem realiseren.
We zien het gebeuren, stap voor stap. Niemand kan het keren, want God heeft satan de ruimte gegeven dit allemaal te doen. Maar net als ten tijde van Job, heeft God ook nu grenzen bepaald. Satan mag veel, maar alleen dat wat God hem toestaat te doen. Want: uiteindelijk is het God Zelf die al deze ontwikkelingen voor Zijn eigen doelstellingen gebruikt. Zo bezien is het merkwaardig dat christenen zich tegen deze ontwikkelingen verzetten, want ‘indien het uit God is (…); het mocht eens blijken, dat gij tegen God strijdt.’ (Handelingen 5:39)
2. Satan is bezig de gemeente van Christus de gordijnen in te jagen.
We moeten er ernstig rekening mee houden dat satan – aartsleugenaar en ongemeen listig – alle zaken die we onder punt 1 scharen, simuleert. Hij trekt aan bepaalde touwtjes. Wij mensen zien alleen het effect van dat getrek. Wie de trekker is, is voor ons niet waarneembaar. Dat hij daarvoor juist Gods Woord in stelling brengt, hoeft ons niet te verwonderen. Hij kent de Schrift beter dan welk mens dan ook, en waarschijnlijk geldt dat ook voor zijn kennis van het hart van de mens. Paulus waarschuwt ons niet voor niets.
Doet de hele wapenrusting van God aan, om te kunnen standhouden tegen de listen van de duivel. (Efeziërs 6:11)
Waarom zou satan ons iets op de mouw willen spelden? Wel, als de duivel ergens een hekel aan heeft, dan is het wel aan mensen die tot bekering komen. Elke bekering herinnert hem aan zijn eigen nederlaag. En dus zal hij koste wat kost willen voorkomen dat de verkondiging van het evangelie succesvol is. Door te zorgen voor grote onderlinge verdeeldheid (!) en het hoofdaccent van de prediking te doen verschuiven naar een eigenmachtige uitleg van het Profetisch Woord (2 Petrus 1:20), wordt het evangelie steeds minder gehoord. Ontelbare christenen schuimen voortdurend het internet af op zoek naar nieuwe informatie over de antichrist, great reset, tekenen van een naderende een-wereld-regering, en wat niet al. Zo blijft er steeds minder tijd over voor Bijbelstudie, gebed en verkondiging. Voor satan een succesverhaal, voor de gemeente van Christus een blamage van jewelste. De aandacht voor de werkelijk essentiële zaken wordt verplaatst naar iets dat voor satan onschadelijk is.
3. Zorgvuldig lezen van Openbaring 6 tot en met 19 toont aan dat de vandaag de dag in zwang zijnde uitleg van Openbaring 13 onmogelijk juist kan zijn.
Om dat aannemelijk te maken heb ik het artikel ‘De Dag des Heren – meer dan alleen de antichrist‘ geschreven. Het is een forse studie geworden. Helaas kon dat niet anders. Een verantwoorde uitleg van het Profetisch Woord is zeer complex, en niet af te doen met een paar oppervlakkige overdenkingen. Wie Gods woord lief heeft neemt de moeite die extra mijl te gaan. Niet omdat het mijn uitleg is, maar omdat het verstandig is deze zaken van meerdere kanten te bekijken.
En dezen (de Joden te Berea) waren edeler van gezindheid dan die in Thessalonica, want zij ontvingen het Woord met grote bereidwilligheid en onderzochten dagelijks de Schriften om te zien of die dingen zo waren. (Handelingen 17:11)
De (geest van de) antichrist
In plaats van te strijden tegen de antichrist van de toekomst zouden christenen er verstandig aan doen hem nu al te bestrijden. Johannes legt uit dat de geest van de antichrist al 2000 jaar werkzaam is.
1. Hij verspreidt de valse leer dat de Zoon van God niet als Mens geboren is.
Want er zijn veel misleiders in de wereld gekomen, die niet belijden dat Jezus Christus in het vlees gekomen is. Dat is de misleider en de antichrist. (1 Johannes 4:3)
(…) elke geest die niet belijdt dat Jezus Christus in het vlees gekomen is, is niet uit God; maar dat is de geest van de antichrist, waarvan u gehoord hebt dat hij komt, en die nu al in de wereld is. (2 Johannes 1:7)
2. De antichrist loochent dat er een eeuwige relatie is tussen de Vader en de Zoon.
22 Wie is de leugenaar anders dan hij die loochent dat Jezus de Christus is? Dat is de antichrist, die de Vader en de Zoon loochent.
23 Ieder die de Zoon loochent, heeft ook de Vader niet. (1 Johannes 2:22-23)
Ieder die overtreedt en niet blijft in de leer van Christus, die heeft God niet; wie in de leer van Christus blijft, die heeft zowel de Vader als de Zoon. (2 Johannes 1:9)
Met andere woorden, wie ontkent dat de Here Jezus als Zoon van God Mens is geworden, raakt alles kwijt. Er is dan geen relatie met een Vader in de hemel, en Christus’ lijden en sterven heeft geen waarde, want Hij was geen waarachtig Mens. Petrus schrijft ‘(…) daarmee verloochenen zij zelfs de Heere, Die hen gekocht heeft (…) (2 Petrus 2:1)
Hier hebben we het ware strijdtoneel. Elke christen zou pal moeten staan voor de juiste leer omtrent God de Vader en God de Zoon. En dat pal staan moet verder gaan dan welles-niets. Het moet gegrond zijn in kennis van Gods Woord op dit punt, en gebed om inzicht. Dat God de Zoon het ons wil leren staat immers buiten kijf.
(…) niemand kent de Zoon dan de Vader, en niemand kent de Vader dan de Zoon, en hij aan wie de Zoon het wil openbaren. (Mattheus 11:27)