Groeien
In dit artikel het tweede gedeelte over het Hoofdschap van Christus. Lag in het vorige gedeelte het accent op het gebed, nu staat de waarheid en de liefde centraal. We vinden dit in enkele verzen uit hoofdstuk 4 van de Efezebrief.
15 Maar terwijl wij de waarheid vasthouden in liefde, in alles opgroeien tot Hem Die het hoofd is, Christus,
16 uit Wie het hele lichaam, samengevoegd en verbonden door elk gewricht dat de ondersteuning [verleent] naar [de] werking die elk deel is toegemeten, de groei van het lichaam bewerkt tot opbouwing van zichzelf in liefde. (Efeze 4:15-16)
Waarheid en liefde
Het eerste deel van vers 15 luidt ‘de waarheid vasthouden in liefde’. Met waarheid wordt hier bedoeld de ‘waarheid van het evangelie’. Het is de bedoeling dat we ons daar voortdurend aan vasthouden. Nu kennen we uiteraard de woorden van de Here Jezus ‘Ik ben de weg, de waarheid en het leven’. En ja, we zouden kunnen betogen dat hier gezegd wordt dat we ons aan Hem moeten vasthouden. En hoewel dat op zich correct is, wordt dat hier toch niet bedoeld. We moeten hier eerder denken aan waarheid in de zin van Gods Woord, de Bijbel. Denk aan het grote gebed van de Here Jezus tot Zijn Vader.
Heilig hen door de waarheid: uw woord is de waarheid. (Johannes 17:10)
Vasthouden wil zeggen dat we voortdurend leven uit het Woord, dat we ons aan het Woord houden. Dit is een hartenzaak, geen kille verplichting. Wie de waarheid vasthoudt in liefde, zal steeds meer een leven in liefde leiden. Het gaat hier om de praktijk van ons leven. Eerder in deze brief maakte Paulus dat heel concreet.
1 Ik vermaan u dan (…) dat u (…)
2 elkaar (…) in alle nederigheid en zachtmoedigheid met lankmoedigheid in liefde verdraagt
3 en u beijvert de eenheid van de Geest te bewaren in de band van de vrede: (Efeze 4:1-3)
Hier ligt het ijkpunt van een christelijke wandel. De Here Jezus koppelde de geloofwaardigheid van het evangelie aan de onderlinge liefde van de gelovigen. Het eerste is niet mogelijk zonder het tweede.
Hieraan zullen allen weten dat u mijn discipelen bent, als u liefde onder elkaar hebt. (Johannes 13:35)
‘Er is een andere moeilijkheid, die wordt veroorzaakt door onze medegelovigen. Waren zij maar altijd geestelijk gezind, dan zouden wij er niet zoveel moeite mee hebben met hen om te gaan. Maar nu bij onze medegelovigen (evenals bij onszelf) dikwijls een verkeerde gezindheid en vleselijke gedragingen voorkomen, hebben wij nog een derde eigenschap nodig: wij moeten met lankmoedigheid elkaar in liefde verdragen. Let wel: niet ‘in genade’, maar ‘in liefde’; niet in een neerbuigende – en dus eigenlijk hoogmoedige! – houding, maar in hoogachting en waardering voor de ander.’
(H.P.Medema)
We worden in deze dagen beproefd of bovenstaande in ons leven werkelijkheid is. Niet weinigen zeggen dat de gebeurtenissen rondom covid-19 een oordeel van God zijn. Ik wil graag een ander accent leggen. Voor de gemeente van Jezus Christus is de huidige betreurenswaardige onderlinge verwijdering een testcase. Vechten we elkaar de tent uit, of verdragen we elkaar met lankmoedigheid en liefde. Als dat niet het geval is, ondermijnen we de verkondiging van het evangelie. Het is niet zo moeilijk de handen op elkaar te krijgen onder gelijkdenkenden. Als tegengestelde meningen ons echter scherp tegenover elkaar doen staan, komt het aan op de onderlinge liefde. ‘Hieraan zullen allen weten dat u mijn discipelen bent, als u liefde onder elkaar hebt’, zegt de Here Jezus. Hebben we meningsverschillen? Dat hoeft geen probleem te zijn. Maar als het tot conflicten leidt, zal dat de zoekende ongelovige zich doen afkeren van het evangelie. De indruk die we wekken zal tot de conclusie leiden dat ‘het daar ook niet te vinden is’.
En dus moeten we de waarheid vasthouden in liefde! Niet onze waarheid, maar de waarheid van Gods Woord. Niet onze interpretatie van Gods Woord, maar Gods Woord!
Opgroeien
Wij moeten uit Gods Woord leven. Alleen dan groeien we naar hem toe.
Maar terwijl wij de waarheid vasthouden in liefde, in alles opgroeien tot Hem Die het hoofd is, Christus (Efeze 4:15)
We weten dat we als individuele gelovigen steeds meer op Hem mogen gaan lijken. Hier wordt echter gesproken over de gemeente als geheel. We moeten dus ook als gemeente steeds meer op Hem (die het Hoofd is) gaan lijken.
De eenheid van het Lichaam
In het tweede vers dat ons voor de aandacht staat gaat Paulus verder met het onderwerp ‘opgroeien tot Hem’. Ging het in vers 15 over onze verantwoordelijkheid, nu spreekt de apostel over dat wat Christus doet om de samenhang van het lichaam in stand te houden en de groei van het lichaam te bevorderen.
uit Wie het hele lichaam, samengevoegd en verbonden door elk gewricht dat de ondersteuning [verleent] naar [de] werking die elk deel is toegemeten, de groei van het lichaam bewerkt tot opbouwing van zichzelf in liefde. (Efeze 4:16)
‘Uit Wie’ wijst op Christus, het Hoofd. Bij Hem ligt het initiatief, de kracht en de werking. Het lichaam is samengevoegd en verbonden door gewrichten, zegt onze tekst. Het gaat om de werking van Christus die Hij tot stand brengt door alle geledingen (gewrichten) te activeren. Hierbij moeten we denken aan de bedieningen van de Geest die Paulus eerder in deze brief genoemd heeft.
11 En Hij heeft sommigen gegeven als apostelen, anderen als profeten, weer anderen als evangelisten en nog weer anderen als herders en leraars,
12 om de heiligen toe te rusten, tot het werk van dienstbetoon, tot opbouw van het lichaam van Christus,
13 totdat wij allen komen tot de eenheid van het geloof en van de kennis van de Zoon van God, tot een volwassen man, tot de maat van de grootte van de volheid van Christus. (Efeze 4:11-13)
Christus zet dus apostelen, profeten, evangelisten, herders en leraars in om de heiligen toe te rusten. Waarvoor? Tot het werk van (onderling) dienstbetoon en tot opbouw van het lichaam. Het doel van dit alles is dat we als gemeente, als het lichaam van Christus eenheid van geloof en kennis van de Zoon van God krijgen. Dat is nodig om als gemeente te groeien. Christus wil ons als Zijn lichaam zo maken dat we bij Hem, die het Hoofd is, passen. Om het plastisch uit te drukken: Hoofd en lichaam mogen er niet uitzien als een persoon met een waterhoofd. Hoofd en lichaam dienen op elkaar zijn afgestemd qua grootte en kwaliteit.
Samengevat
Onze verantwoordelijkheid is:
2 in alle nederigheid en zachtmoedigheid, met geduld, door elkaar in liefde te verdragen,
3 en u te beijveren om de eenheid van de Geest te bewaren door de band van de vrede. (Efeze 4:2-3)
Dat is iets wat wij in de kracht van de Heilige Geest kunnen (als we maar in Christus blijven).
Wat wij niet kunnen, doet Hij:
11 Hij heeft (…) gegeven
12 om de heiligen toe te rusten, (…)
13 totdat wij allen komen (…) tot de maat van de grootte van de volheid van Christus,
14 opdat wij geen jonge kinderen meer zouden zijn, heen en weer geslingerd door de golven en meegesleurd door elke wind van leer, door het bedrog van de mensen om op listige wijze tot dwaling te verleiden. (Efeze 4:11-14)