Gemeenten

Waren de bewegingen die ik in de vorige artikelen besprak vaak onderdeel van bestaande (evangelische) kerken, anders ligt het bij de Vineyard-beweging. Dit is een groep van meer dan 1500 gemeenten. Deze evangelische kerken komen oorspronkelijk uit Amerika, maar hebben zich inmiddels over de gehele aarde verspreid, inclusief Nederland. Men noemt ze wel neo-charismatisch omdat ze in leer en praktijk een voortzetting zijn van de charismatische beweging uit de jaren 60.

Bekende leidende figuren zijn Kenn Gulliksen en vooral John Wimber (gestorven in 1997). Wimber vond dat bestaande pinkstergroepen veel meer nadruk moesten leggen op zintuiglijk waarneembare uitingen de van Heilige Geest (spreken in tongen, genezingen, woorden van wijsheid, wonderen, tekenen, visioenen, openbaringen en dergelijke). Verder zette hij sterk in op de Kingdom Now-theologie. Deze opvatting stelt dat christenen zich moeten inspannen het Koninkrijk van God op aarde te bevorderen en aldoende het koninkrijk van de satan terugdringen. Als deze missie geslaagd zal zijn, kan de Here Jezus terugkeren op aarde. (Zie ook ‘The Trump Prophecies – artikel (2)’)

Wonderen

De Vineyard-beweging wordt gekenmerkt door een bovenmatig grote nadruk op het belang van wonderen. Men stelt namelijk dat wonderen geloof voortbrengen. Zo zou het bijvoorbeeld enorm helpen iemand tot geloof te brengen als hij of zij eerst ‘wonderlijk genezen’ was. Anders gezegd, evangelisatie moet gepaard gaan met wonderen, wil het tot resultaten leiden. De Bijbel spreekt echter heel anders over ‘het nut’ van wonderen.

I. Het is God die wonderen inzet om de verkondiging te ondersteunen. Het is niet aan de verkondigers om te bepalen of en wanneer wonderen nodig zouden zijn.

3 (…) heil, dat allereerst verkondigd is door de Here, en door hen, die het gehoord hebben, op betrouwbare wijze ons is overgeleverd,

4 terwijl ook God getuigenis daaraan geeft door tekenen en wonderen en velerlei krachten en door de Heilige Geest toe te delen naar zijn wil. (Hebreeën 2:3-4)

II.Johannes de Doper predikte de komst van de Messias. Zijn prediking vond geloof: men geloofde dat de Here Jezus die Messias was. Toch deed Johannes geen enkel (wonder)teken.

41 En velen kwamen tot Hem en zeiden: Johannes deed wel geen enkel teken, maar al wat Johannes van deze zeide, was waar.

42 En velen daar geloofden in Hem. (Johannes 10:41-42)

III. Prediking kan niet zonder geloof (bij de toehoorders).

Want ook ons is het evangelie verkondigd evenals hun, maar het woord der prediking was hun niet van nut, omdat het niet met geloof gepaard ging bij hen, die het hoorden. (Hebreeën 4:2)

IV. De Schrift leert dat God lichamelijke ziekten kan gebruiken om een gelovige dichter bij Hem te brengen. Paulus kan er van meepraten.

Daarom is mij, opdat ik mij niet te zeer zou verheffen, een doorn in het vlees gegeven, een engel des satans, om mij met vuisten te slaan, opdat ik mij niet te zeer zou verheffen. (2 Korinte 12:7)

Altijd genezen?

Deze onschriftuurlijk claim op het onmisbare van wonderen legt grote nadruk op fysieke genezing. Men stelt dat het altijd Gods wil is om te genezen. Het valt eenvoudig in te zien dat het uitblijven van genezing voor grote geloofsvragen zorgt. God kan niet falen, dus moet er iets in de zieke zijn dat genezing verhindert – een rampzalige en onterechte conclusie. Neem nu Paulus. God Zelf legde hem uit waarom hij niet werd genezen!

7 (…) Daarom is mij, opdat ik mij niet te zeer zou verheffen, een doorn in het vlees gegeven, een engel des satans, om mij met vuisten te slaan, opdat ik mij niet te zeer zou verheffen.

8 Driemaal heb ik de Here hierover gebeden, dat hij van mij zou aflaten.

9 En Hij heeft tot mij gezegd: Mijn genade is u genoeg, want de kracht openbaart zich eerst ten volle in zwakheid. (2 Korinte 12:7-9)

En ook als het om anderen gaat, laat Paulus zien dat genezing niet vanzelfsprekend is.

Trofimus heb ik ziek achtergelaten te Milete. (2 Timotheüs 4:20)

We mogen bidden om genezing, voor onszelf of voor anderen. Maar de genezing is Gods zaak, het is aan Hem. Hij weet immers wat het beste is!

Bedrieglijke wonderen

Er is nog een andere reden waarom we het doen van ‘wonderen en tekenen’ om het waarheidsgehalte van de boodschap te bewijzen, moeten afwijzen. Opnieuw raadplegen we de Bijbel. Het is namelijk ook mogelijk dat een volkomen verkeerde boodschap toch ondersteund wordt met ‘wonderen en tekenen’. Dit zal zelfs een van de kentekenen van de eindtijd zijn.

Daarentegen is diens (de Antichrist) komst naar de werking des satans met allerlei krachten, tekenen en bedrieglijke wonderen. (2 Thessalonicenzen 2:9)

13 En het doet grote tekenen, zodat het zelfs vuur uit de hemel doet nederdalen op de aarde ten aanschouwen van de mensen.

14 En het verleidt hen, die op de aarde wonen, wegens de tekenen, die hem gegeven zijn te doen voor de ogen van het beest. (Openbaring 13:13-14)

Zo wordt duidelijk dat wonderen geen bevestiging van de juistheid van de boodschap kunnen zijn. Satan aapt alles na, en doet dat zo vakkundig dat miljoenen er door bedrogen zullen worden.

De Bijbel

Wanneer is de boodschap juist, wanneer is de boodschap betrouwbaar? Als die overeenstemt met Gods Woord. Dat is de enige maatstaf. Het is de Heilige Geest die de gelovigen te Berea prijst. Waarom? Zij luisteren naar Paulus’ boodschap, maar nemen niets voetstoots aan. Ze gaan naar huis en vergelijken de inhoud van de woorden de apostel met hun Bijbel – het Oude Testament. Zo moet het. Als wonderen inderdaad de door John Wimber gewenste bewijskracht hebben dan had Paulus daar zeker gebruik van gemaakt. Maar hij doet het niet. Hij weet dat het anders zit. De Bijbel is meetlat die we naast elke prediking moeten leggen.

10 Maar de broeders zonden terstond in de nacht Paulus en Silas naar Berea, die, daar aangekomen, naar de synagoge der Joden gingen;

11 en dezen onderscheidden zich gunstig van die te Tessalonica, daar zij het woord met alle bereidwilligheid aannamen en dagelijks de Schriften nagingen of deze dingen zo waren. (Handelingen 17:10-11)

In Gods Woord lezen we hoe een mens gered wordt. Als ik lees dat de Here Jezus tegen mij zegt dat het om geloof gaat (geloof in Wie Hij is, geloof in wat Hij zegt en geloof in wat Hij heeft gedaan) dan wil ik weten hoe dat zit. Gods Woord levert de bevestiging dat ik gered ben.

Doch allen, die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen Gods te worden, hun, die in zijn naam geloven; (Johannes 1:12)

Wie in de Zoon gelooft, heeft eeuwig leven; doch wie aan de Zoon ongehoorzaam is, zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op hem. (Johannes 3:36)

Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, wie mijn woord hoort en Hem gelooft, die Mij gezonden heeft, heeft eeuwig leven en komt niet in het oordeel, want hij is overgegaan uit de dood in het leven. (Johannes 5:24)

Het is verstandig God op Zijn Woord te vertrouwen, en geen zekerheid te ontlenen aan het drijfzand van onze ervaring.