Er zijn mensen die beweren dat God ooit de wereld schiep, zich daarna heeft teruggetrokken en zich er niet meer mee bemoeit. Alsof de wereld een wekker is die na te zijn opgewonden nu langzaam afloopt. Deze dwaalleer wordt deïsme genoemd.
Zo zou ook de gedachte kunnen ontstaan dat God na het geven van zijn Zoon zich heeft teruggetrokken en zich er niet meer mee bemoeit. Niets is minder waar. De gelovige weet dat God zich op allerlei manieren bemoeit met het leven hier op aarde.
Een paar voorbeelden:
– er is leiding in het persoonlijk leven, maar ook in het leven van gemeente en volk;
– er is tuchtiging in het persoonlijk leven, maar ook in het leven van gemeente en volk;
– er zijn uitreddingen in het persoonlijk leven, maar ook in het leven van gemeente en volk;
– Gods oordelen gaan in onze tijd over de wereld;
– Gods oordelen gaan over Israël;
– Gods oordelen gaan over de gemeente;
– Gods oordelen gaan over individuele gelovigen;
– Gods oordelen gaan over individuele ongelovigen.
Volgens evangelist Bé Ottens zijn er vier vormen van genade. Die vier vormen passen naadloos op hetgeen we in de vorige artikelen zagen.
Type genade | Uitwerking in het leven van de mens |
Algemene genade | De mens leeft (al zondigend) op aarde zonder dat God meteen straft |
Zondaarsgenade | De uitweg die God biedt (zie vorig artikel) |
Genade om het leven als christen te kunnen leven | Gods praktische bemoeienis met ons leven van alledag |
Genade die ons de toegang tot het eeuwige leven biedt | Het uiteindelijke resultaat van de uitweg |
Dat God zich wel degelijk bemoeit met deze wereld moge o.a. blijken uit de volgende teksten.
God bemoeit zich met de wereld…
(…) want Hij laat zijn zon opgaan over bozen en goeden en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen. (Mattheus 5:45)
Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder, die in Hem gelooft, niet verloren ga, maar eeuwig leven hebbe. (Johannes 3:16)
God dan verkondigt, met voorbijzien van de tijden der onwetendheid, heden aan de mensen, dat zij allen overal tot bekering moeten komen; (Handelingen 17:30)
God bemoeit zich met Israël…
1 Wanneer dan al deze dingen over u komen, de zegen en de vloek, die ik u voorgehouden heb, en gij dit ter harte neemt te midden van al de volken, naar wier gebied de Here, uw God, u verdreven heeft,
2 En wanneer gij u dan tot de Here, uw God, bekeert en naar zijn stem luistert overeenkomstig alles wat ik u heden gebied, gij en uw kinderen, met geheel uw hart en met geheel uw ziel,
3 Dan zal de Here, uw God, in uw lot een keer brengen en Zich over u erbarmen; Hij zal u weer bijeenbrengen uit al de volken, naar wier gebied de Here, uw God, u verstrooid heeft.
4 Al waren uw verdrevenen aan het einde des hemels, de Here, uw God, zal u vandaar bijeenbrengen en vandaar halen;
5 De Here, uw God, zal u brengen naar het land, dat uw vaderen bezeten hebben, gij zult het bezitten en Hij zal u weldoen en u talrijker maken dan uw vaderen.
6 En de Here, uw God, zal uw hart en het hart van uw nakroost besnijden, zodat gij de Here, uw God, liefhebt met geheel uw hart en met geheel uw ziel, opdat gij leeft.
7 De Here, uw God, zal al deze vervloekingen op uw vijanden en uw haters leggen, die u vervolgd hebben.
8 Gij zult weer naar de stem des Heren luisteren en al zijn geboden volbrengen, die ik u heden opleg.
9 De Here, uw God, zal u in overvloed het geode schenken bij al het werk uwer handen, in de vrucht van uw schoot, in de vrucht van uw vee, in de vrucht van uw bodem, want de Here zal weer behagen in u hebben, u ten goede, zoals Hij behagen had in uw vaderen,
10 Wanneer gij naar de stem van de Here, uw God, luistert door zijn geboden en inzettingen te onderhouden, die in dit wetboek geschreven staan; wanneer gij u tot de Here, uw God, bekeert met geheel uw hart en met geheel uw ziel. (Deuteronomium 30:1-10)
God bemoeit zich met de Gemeente …
Want het is nu de tijd, dat het oordeel begint bij het huis Gods; als het bij ons begint, wat zal het einde zijn van hen, die ongehoorzaam blijven aan het evangelie Gods? (1 Petrus 4:17)
28 Maar ieder beproeve zichzelf en ete dan van het brood en drinke uit de beker.
29 Want wie eet en drinkt, eet en drinkt tot zijn eigen oordeel, als hij het lichaam niet onderscheidt.
30 Daarom zijn er onder u velen zwak en ziekelijk en er ontslapen niet weinigen.
31 Indien wij echter onszelf beoordeelden, zouden wij niet onder het oordeel komen.
32 Maar onder het oordeel des Heren worden wij getuchtigd, opdat wij niet met de wereld zouden veroordeeld worden. (1 Korinte 10:30-31)
God bemoeit zich met de individuele gelovige …
Want des Heren ogen gaan over de gehele aarde, om krachtig bij te staan hen wier hart volkomen naar Hem uitgaat. (2 Kronieken 16:9)
Zijn zij niet allen dienende geesten, die uitgezonden worden ten dienste van hen, die het heil zullen beërven? (Hebreeën 1:14)
Maar hij, vol van de heilige Geest, sloeg de ogen ten hemel en zag de heerlijkheid Gods en Jezus, staande ter rechterhand Gods, (Handelingen 7:55)
God bemoeit zich met de individuele ongelovige …
En terstond sloeg hem een engel des Heren, omdat hij God de eer niet gaf; en hij werd door wormen gegeten en blies de adem uit. (Handelingen 12:23)
Nee, God heeft de wereld niet aan zijn lot overgelaten. De Bijbel staat vol met voorbeelden. En elke gelovige kan het uit eigen ervaring bevestigen.
In Liverpool werd enkele jaren geleden een project gestart met als doel de diverse religies te helpen samen door één deur te kunnen. Gevraagd werd om een begrip te noemen waarmee hun religie het beste wordt geduid. De Hindoes noemden waarheid, de Moslims vroomheid, De Joodse gemeenschap gaf vrede (sjaloom) als kenmerkend begrip en de Sikhs kwamen met broederschap.
Alle christelijke kerken noemden echter liefde, want liefde is hét kenmerk van de ware godsdienst. Liefde is alleen zinvol als er een relatie is. Waarheid, vroomheid, vrede en broederschap kunnen bestaan zonder een relatie. Het schijnbare conflict tussen Gods liefde en het lijden in de wereld vormt alleen een probleem als er een relatie is. Waarheid, vroomheid, vrede en broederschap leveren geen conflict op als het lijden in de wereld ter sprake komt, dat wil zeggen dat er in die gevallen een redelijke verklaring kan worden gegeven. Hieruit blijkt eens te meer, dat het christelijke geloof gebaseerd is op feiten, op gebeurtenissen die echt hebben plaatsgevonden. God is liefde en gaf zijn eigen Zoon. Er is geen godsdienst die zelfs maar in de buurt komt van dit geweldige feit. |